In nood leer je je vrienden kennen.
En jezelf.
Iedereen kiest vermoedelijk zijn eigen reddingsboei.
Op de mijne staat met grote letters het woord relativeren geschreven.
Want er zijn altijd ergere dingen.
Veel ergere dingen.
En er zijn altijd zegeningen te tellen.
Veel zegeningen.
Relativeren maakt je bestand tegen grote gebeurtenissen en kleine ergernissen. Mij hoor je niet klagen als het hard regent.
Als je leven verandert, verander je zelf ook.
Ineens vraag ik me af wat er van mij geworden is, na al dat gehang aan die reddingsboei van het relativeringsvermogen.
Een kennis die werkt bij een kleine financiele instelling moest bijna huilen om een werkgerelateerde kwestie.
Ik vond het grote aanstellerij.
En dacht stiekem: ik zit toch ook niet te huilen.
Relativering leidt misschien ook tot zelfmedelijden.
Of misschien lijd ik behalve aan relativering ook aan zelfmedelijden.
Het is te hopen dat ik binnenkort eens moet huilen om een werkgerelateerd akkefietje.
Of om iets anders onbelangrijks.
Het zal me leren.
En dan zal alles weer gewoon zijn.
Of bijna gewoon.
Ook al is niets meer wat het was.
Dat wordt vanzelf immers ook weer gewoon.
februari 18th, 2009 at 08:39
Het is goed om te relativeren. Ik probeer het zelf vaak ook en het werkt 9 van de 10 keer.
Maar er is ook niks mis mee om af en toe eens flink medelijden met jezelf te hebben. Je hoeft toch niet altijd maar supersterk te zijn? Je leven verandert en dat brengt ook dingen met zich mee die helemaal niet leuk zijn. En het duurt vast nog een tijd voordat het weer “gewoon” is. En daar mag je best eens een potje om huilen. Dat lucht op hoor.
Dikke knuffel vanuit het zuiden!
februari 21st, 2009 at 14:42
Dat is lief gezegd. Knuffel terug.